Hoe een klein dorp een grote herbestemming voltooide
Kan een kleine gemeenschap het voortouw nemen bij een project dat zo groot is als de herbestemming van een kerk? In Esbeek bewees men dat het kan. Dankzij de talenten van de Esbekenaren kwam het proces tot een goed einde. “De kerk is het hart van het dorp gebleven.”
De herbestemming van een kerk kan voor de ‘gewone’ parochiaan of buurtbewoner aanvoelen als een proces dat volledig over zijn of haar hoofd heen speelt: te ingewikkeld, te groot, te technisch. Dat dat niet het geval hoeft te zijn, bleek in het Brabantse Esbeek, een dorp van 1200 zielen. Daar leidde de lokale gemeenschap uit eigen beweging de herbestemming van de H. Adrianus van Hilvarenbeekkerk. Sinds begin 2019 huizen de basisschool, peuter- speelzaal en kinderopvang van Esbeek daar samen onder de naam De Torenlei. Daarmee heeft de Adrianuskerk zijn prominente rol als hart van het dorp behouden: voor de leefbaarheid van kleine kernen als Esbeek zijn dergelijke voorzieningen onontbeerlijk. De Dorpscoöperatie Esbeek zet zich in voor de leefbaarheid in het plaatsje; vanuit dit verband werd dan ook de eerste aanzet tot het herbestemmingsproces gegeven. Dat begon in 2012, toen de parochie van Esbeek fuseerde met die van enkele omliggende dorpen en duidelijk werd dat de Adri- anuskerk zou moeten sluiten. Een beeldbepalend gebouw middenin het dorp zou leeg komen te staan: voor de Dorpscoöperatie het startsein om over een andere invulling na te denken.
Esbeek mag dan klein zijn, de ambities voor de herbestemming waren dat allerminst. “Ons uitgangspunt was om van de kerk het meest duurzame monument van Europa te maken, zowel sociaal en economisch als ecologisch”, vertelt Piet Verhoeven, voorzitter van de Dorpscoöperatie.
Van iedereen
Bijzonder is dat het project vooral door Esbekenaren zelf gedragen is. Zo werd inwoner Ad van de Wouw tot kartrekker benoemd vanwege zijn vastgoedach- tergrond. Het kernteam bestond een klein comité, aangevuld met mensen die bij iedere stap in het proces op basis van hun talenten gezocht werden. “Het moet vanuit de mensen komen, dus zij moeten een hoge kwaliteit met zich meebrengen”, legt Van de Wouw uit. “Het gaat dan niet alleen om technische vaardigheden, maar ook om mensen die iets kunnen betekenen op maatschappelijk vlak.”
“Je moet uitgaan van de talenten die je in de dorps- gemeenschap hebt”, beaamt Verhoeven. “Als je klein bent, moet je slim zijn en investeren in de juiste mensen. Voor hen loont het ook de moeite, want zij hebben uiteindelijk ook iets aan het eindresultaat.”
Hij vindt dan ook dat burgerinitiatieven vaak te rationeel aangestuurd worden: “Het moet een gevoel van iedereen zijn, er moet een feestje te vieren zijn als het lukt.”
Verbinding kunnen creëren is misschien wel het waardevolste talent in een herbestemmingsproces, denkt Verhoeven. Dat bleek al in 2013, toen de Adri- anuskerk aan de eredienst onttrokken werd en de Coöperatie met de parochianen over de herbestemming ging spreken. “Bij die groep zat veel emotie over de sluiting van de kerk”, herinnert hij zich. “Wij hebben gezegd: we snappen de emotie, maar geef ons ruimte om na te denken over de toekomst van de kerk. We wilden geen wig creëren.”
Met de zegen van de kerkgangers ging de Coöperatie in gesprek met de nodige partijen. Ook daar was ver- bindend talent nodig om iedereen warm te krijgen voor het plan; de peuterspeelzaal wilde bijvoorbeeld in de eerste instantie niet verhuizen. De nieuwe fusieparochie (toen nog eigenaar van het gebouw), de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en de gemeente Hilvarenbeek moesten ook aan boord komen.
Die laatste zette nog wel even een rem op het proces toen in 2017 was afgesproken dat BOEi eigenaar van de herbestemde Adrianuskerk zou worden. De gemeente had liever geen externe partij als eigenaar en nam het plan daarom zelf over. “Wij hadden niets liever”, zegt Verhoeven. De gemeente kocht de kerk van de parochie en begon de verbouwing, die eind 2018 afgerond werd.
En dan was er nog een factor om rekening mee te houden: de dorpsbewoners die níet nauw betrokken waren bij het herbestemmingsproces. “Omdat het een proces van jaren is, kan het voor hen lijken alsof er lange tijd niets gebeurt: zij zien alleen maar een leeg gebouw”, zegt Van de Wouw.
De Dorpscoöperatie creëerde draagvlak door de mensen op een betrokken manier geïnformeerd te houden. Zo werden er filmpjes gemaakt en evene- menten in de leegstaande kerk georganiseerd. “De communicatie moet een stip op de horizon bieden en vooral leuk zijn”, aldus Van de Wouw. “Je moet niet met een technisch verhaal aankomen, maar het warm houden. Dat dreig je snel te vergeten in zo’n proces.”
Inmiddels is De Torenlei alweer ruim drie jaar in bedrijf. Verhoeven kijkt tevreden naar het resultaat: “Wij konden het niet mooier bedenken dan dat een gebouw dat als geloofsinstelling mensen bijeenbracht, nu de jongsten bijeenbrengt voor onderwijs. Het kerk- gebouw is het hart van het dorp gebleven.”